dinsdag 25 juni 2013

Belichtingstijd: Een bonte droom


Ik heb na lang zoeken een paar foto’s van Julia gevonden. De meeste zijn zwart-wit en vermoedelijk met haar camera genomen. Ik maakte bijna uitsluitend dia’s in die tijd. Dat was goedkoper en de geprojecteerde beelden vond ik mooier, maar wel lastiger, om naar terug te kijken. Bijvoorbeeld op mijn verjaardag als mijn broers en zus op bezoek kwamen en ik wat van mijn vakantie wilde laten zien.
    ‘We gaan toch geen dia’s kijken, hé?’ Werd al snel de slogan op mijn feestjes: ‘niet zo ongezellig hoor!’
    ‘Niet de hele avond in het donker!’
    ‘Een paar dozen maar?’ Bedelde ik dan en probeerde ze te verleiden met de aankondiging dat er ook mooie opnamen tussen zaten van mijn nichtjes en neefjes: hun kinderen.



Kinderen zijn mijn geheime wapen. Al heel jong zette ik het in om mijn eigen zin door te kunnen drijven. Maakte ik van mijn nood een deugd en bood mijn moeder aan dat, terwijl zij werkte in het huis, ik wel op de kleintjes zou letten. Ik nam mijn jongste broertjes mee naar buiten, waar ik zelf wilde spelen, en rende met hen en de drie buurmeisjes waar ik ook op paste, de graslanden in. Daar in de wijdheid van een Hollandse polder werkte ik aan mijn droom: een eigen circus. 




De fotootjes zijn gemaakt halverwege de jaren vijftig. Op een oude deken in het gras maken kinderen gymnastische oefeningen. Ze liggen op hun buik, duwen zich af met hen handen, strekken hun lijfjes, hangen met hun hoofd achterover en plaatsen hun voeten er in een boog bovenop. Ze zijn vier, vijf en zes jaar oud. Voor slangenmens leerde ik hen, moet je jong beginnen met trainen.
  

Behalve het rondreizende variété op de jaarlijkse kermis was een belangrijke inspiratiebron: De bonte droom van het Circus. Een album uitgegeven en gratis verstrekt door het Nederlandse Zuivelbureau te ‘s-Gravenhage. 

  

De ongeveer honderd plaatjes met afbeeldingen van beroemde circusfiguren, spaarde ik met de logo’s die op de zilverkleurige verpakking van roomboter waren gedrukt. Het was voor mij een geluk dat mijn moeder in die tijd aan galblaaskolieken leed. Sommige voedingsmiddelen zoals spinazie bijvoorbeeld had de huisarts haar ten strengste verboden, maar het gebruik van echte boter had hij juist voorgeschreven. Er stond bij ons dus iedere dag roomboter op tafel en zo kon ik sparen tot alle lege vakjes in het album waren opgevuld.

 Het circus, dat staat voor jeugd, voor eeuwig jong en lenig, heeft voor mij een extra herinnering gekregen: de geur van sterke boter, die zich hechtte aan mijn handen als ik de zegels uit de opgespaarde wikkels knipte.    

7 opmerkingen:

  1. Het Deense wonderknaapje deed me denken aan Pyke Koch: http://intern.strabrecht.nl/sectie/ckv/09/Surrealisme/Magisch/CKV-f0007.htm die verzamelde ook allemaal van dit soort afbeeldingen. En verder gaat er niets boven echte boter van melk van koeien die buiten lopen, gras, bloemetjes en klaver eten en die hun hoorns nog hebben. Becel en al die andere smurrie, dat is de echte voedselfraude. Wij aten thuis Leeuwenzegel margarine, maar die werd aangeduid als Goldspur. Het circusalbum kende ik nog niet, maar de tijd dat iedereen melkbrigadier was herinner ik mij nog goed.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Mooie site Adriaan. Ja er gaat niet boven echte boter!!!

      Verwijderen
  2. Wat een heerlijk stuk. En wat een ambities.
    Ik zat weer even op de tribune bij Circus Elleboog. Vooral de knul die kon balanceren op een grote bal rolde langs.

    En die Leeuwenzegel van Adriaan herinner ik me nog goed. Roomboter was destijds te duur.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Wat een stukje heerlijk nostalgie. Ik wilde niet bij het circus maar wel baletdanseres worden. Tja ja.
    Of verpleegster
    Ik heb het allemaal gedaan zonder diploma's hahaha.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Dank voor de lieve en mooie reacties!

    BeantwoordenVerwijderen